Tijd

01 - 03 - 2018

Afgelopen weekend floot ik een wedstrijd in Dordrecht, overigens prima voetbalweer als je in het veld stond en op kunstgras. Langs de lijn stond Joop Hartman, 80 jaar jong. We spraken elkaar na de wedstrijd en een bestuurslid vroeg mij naar mijn leeftijd. “Samen hebben we ongeveer 90 jaar fluitervaring”, was mijn antwoord. Toen ik pas begon, was Joop al een topper en hij floot even voor mijn wedstrijd zijn 3000 e wedstrijd. Waar blijft de tijd.

Dit staat in schril contrast met het overlijden van Joop de Vries, 75 jaar jong. Amper 4 weken geleden hoorden we verschrikkelijke bericht van zijn ziekte. Ik heb Joop als trainer ook menigmaal gefloten en nooit kwam er een onvertogen woord in de richting van de scheidsrechter, was mijn ervaring. Joop rust zacht.

Rondetijden, iets te veel of net iets te weinig voor een medaille, schoten de afgelopen 14 dagen over het tv-scherm. Verwachtingen werden wel of niet waar gemaakt. Het mooiste moment van tijd, emotie en verdriet, was te zien bij de reserve van de shorttrack vrouwenploeg: een wereldrecord en winnaar van de B-finale en als klap op de vuurpijl een onverwachte bronzen medaille. 

Dan is sport, tijd en geluk in een moment gevangen, een moment van intense droefheid. Hoe gek het ook klinkt: ook dat is mooi, net zo mooi als onze nationale stuiterbal die goud won. Alle deze resultaten zijn het gevolg van heel veel tijd investeren. Sven Kramer zei het treffend: “je moet er veel voor doen, maar ook veel voor laten”. Een mooi advies voor de jonge generatie.

Aan het begin van het seizoen zijn we heel alert op de overtredingen, maar naar mate het seizoen vordert, neemt de alertheid gestaag af. We zien het bekende ellebogenwerk door het beeld vliegen, benen op kniehoogte idem, om maar niet spreken over het van achteren afzagen van de enkels. Wordt ertegen opgetreden, klagen trainers, spelers of z.g. insiders steen en been over het optreden van de scheidsrechter:” Hij bedoelde het niet zo, hij speelde de bal, het is zo’n lieve jongen”. Zou er sprake kunnen zijn onder invloed van de tijd van z.g. metaalmoeheid, spanningsbogen en mentale gesteldheid. Ik ben benieuwd.

Wat minder mooi is het feit dat een schreeuwende minderheid door allerlei kromme gedachten en opmerkingen de zwijgende meerderheid dingen probeert op te leggen, die we eigenlijk niet willen. Het gekke is dat ze nog gelijk krijgen. Ook hier is de kreet: “o tempo, o mores, o tijd, o zeden”, van toepassing. Vertaalt naar het voetballen, kan ik niet om de gedachte heen dat het toch verschrikkelijk moeilijk is om alle scheidsrechters in Nederland op een lijn te krijgen. Hoewel: terug in de tijd kwam ik een aantal pagina’s tegen uit de bekende oude doos van het blad “de Scheidsrechter” uit de jaren 70-80. Ook toen werd er al gesproken over goede kennis van de spelregels, het al dan niet bewust vlaggen voor buitenspel van de ass. Scheidsrechter, het goede of het foute van het rapportagesysteem en de effectieve speeltijd. 

Gelukkig is er niets veranderd.

Ben Wirken