Gorinchemse Scheidsrechtersvereniging 100 jaar: ‘En daar zijn we trots op’
27 - 03 - 2025
REGIO • De Gorinchemse Scheidsrechters Vereniging (GSV) bestaat op 8 april precies 100 jaar. Een fraaie mijlpaal die op 12 april wordt gevierd.
‘Zullen er in 2025 nog scheidsrechters zijn?’ Met die vraag opende voormalig voorzitter van de GSV Cees Duijzer zijn bijdrage in het speciaal uitgebrachte boek ‘Snelrecht op de groene mat’ in 2000. Het boek verscheen destijds in verband met het 75-jarige bestaan van de GSV. Duijzer stelde toen er zeker van te zijn dat er anno nu nog scheidsrechters zouden zijn. ‘Maar men zal nog meer dan nu moeten inspelen op de maatschappelijke ontwikkelingen’, schreef Duijzer toen.
Duijzer doelde onder andere op de toename van agressiviteit richting scheidsrechters. En dat terwijl soms het gevoel lijkt te heersen dat dit iets van de laatste jaren is. Ron Collé, de huidige voorzitter van de GSV, reageert: “Nee, dat is iets van alle tijden. Misschien gebeurde het toen wel vaker, maar is het nu heftiger als er een incident is. Daarbij heeft de komst van social media ervoor gezorgd dat scheidsrechters tegenwoordig ook voor en na wedstrijden te bereiken zijn voor mensen. Ook daar hebben we dus mee te dealen nu.”
Doel nog hetzelfde
Toch spreken beiden nog altijd vol passie over het scheidsrechtersvak. Samen zijn ze goed voor 30 van de 100 jaar als voorzitter van de GSV. Duijzer was het van 1991 tot 2008, Collé bekleedt de functie inmiddels al 13 jaar bij de vereniging die in 1925 het levenslicht zag. Een krantenbericht uit dat jaar meldde: ‘Deze vereniging stelt zich ten doel de onderlinge verhoudingen tussen (toen nog geschreven als tusschen) de scheidsrechters en voetbalvereniging te bevorderen en daardoor de sport op hoger peil te brengen.’
Een eeuw later is dat doel eigenlijk niet veranderd, constateert Collé, die zelf nog altijd actief is als scheidsrechter. “We trainen op woensdagavond (op de velden van SVW), dat zijn vooral conditionele oefeningen. Na afloop kijken we vaak voetbal in ons eigen clubgebouw en bespreken we ook scheidsrechterlijke beslissingen die er op televisie worden genomen. Het is gelijk een moment om met elkaar te klankborden. Waar ben je tegenaan gelopen tijdens het competitieduel dat je hebt gefloten afgelopen weekend? Hoe heb je gehandeld, waarom deed je dat en wat had je anders kunnen doen? Zo leer je van elkaar. Maar er wordt ook gewoon gezellig gekaart of gedart.”
Vroeger hadden we ook spelregelquizzen met de clubs uit de hele regio. Die werden heel goed bezocht en men was ook fanatiek. Dat is nu helaas niet meer
Duijzer vult aan: “Vroeger hadden we ook spelregelquizzen met de clubs uit de hele regio. Die werden heel goed bezocht en men was ook fanatiek. Dat is nu helaas niet meer. De band met clubs is sowieso wel wat veranderd. Zij hebben vaak moeite om genoeg clubscheidsrechters te kunnen vinden en dus zijn ze er minder happig op om talentvolle jongens naar ons te zien vertrekken. Jammer, want we kunnen elkaar juist versterken.”
Aantal leden
De GSV heeft niets te maken met de aanstellingen op de competitiewedstrijden van haar leden, dat ligt bij de KNVB. Men kan wel als spreekbuis fungeren richting diezelfde voetbalbond namens scheidsrechters. Clubs uit de regio benaderen de GSV wel om scheidsrechters te regelen voor hun oefenwedstrijden. Momenteel telt de GSV 75 leden, waarvan er nog 42 actief fluiten. Op het hoogtepunt waren er ooit 161 leden, 25 jaar geleden waren het er nog 150.
Een zorgwekkende trend? Collé: “Ik heb me een aantal jaar geleden wel zorgen gemaakt ja, maar we zijn nu weer op de goede weg. De laatste twee jaar zijn er toch weer zeven scheidsrechters bijgekomen, een wat jongere groep die het ook aantrekkelijker maakt voor andere jonge scheidsrechters om zich aan te sluiten.”
“Binnen het bestuur hebben we ook stagiaires, ook jonge mensen. Die weten veel beter hoe gebruik te maken van social media en andere moderne ontwikkelingen. Zo gaan ook wij met de tijd mee en ik hoop dat we over 25 jaar weer kunnen zeggen dat we nog steeds bestaan. Maar die 100 jaar, daar zijn we nu alvast heel trots op.”